62. Lupine - Lupin
Lupinus polyphyllus (Papilionaceae)
Lupine is een vlinderbloemige, d.w.z. met tweezijdig symmetrische bloemen die met enige fantasie een beetje op een vlindertje lijken - zoals ook die van bijv. de Pronkerwt of Lathyrus. Die van Lupine staan in stijve trossen rond de bloeistengels, waarvan de onderste bloemen het eerst opengaan. Na de bloemen komen er behaarde peultjes, die ronde zaden bevatten die giftig zijn. Er bestaan lupinen in allerlei kleuren, er zijn ook mooi constrasterende tweekleurige.
Eenjarige lupinen (meestal met korte, vrij armbloemige trossen) worden soms voor de stikstof als groenbemester gekweekt op akkers die het volgende jaar een voedselgewas moeten opleveren, maar in de tuin ziet men eigenlijk alleen de vaste plant Lupinus polyphyllus. Is deze eenmaal goed aangeslagen, dan vraagt hij niet veel onderhoud en kan behoorlijk groot worden.
Lupine wil niet overal even goed groeien. De plant leeft in symbiose met bacteriën die stikstof uit de grond binden en knolletjes vormen in de lupinewortels. Is de grond stikstofarm, dan lukt dit niet voldoende en de planten verkwijnen door stikstofgebrek (bij mij wilden ze niet in de tuin groeien; ooit had ik er eentje en die werd bij de eerste bloem al door een hond vertrapt).
Men vindt lupinen ook wel in het wild, meestal in loofbossen op min of meer open plekken (doorgaans in de grondkleur blauw, waar zaailingen ook vaak in terugvallen). In Noorwegen zag ik ze meer algemeen dan hier; bij de vrij noordelijke plaats Geilo was een heel veld met lupinen in blauw, roze en wit. Of die er nog staan, is me onbekend; ik was er in 1981.
Lupins belong to the same family as Lathyrus, and the flowers have a similar shape but are smaller and grow in stiff racemes around the flower stalk. The undermost flowers bloom first, en afterwards hairy pods appear with round seeds that are poisonous. There are Lupins in many colours, sometimes in two contrasting colours.
Annual lupins (with mostly rather short and loose racemes) are sometimes grown as green manure crop on arable land to boost up the nitrogen level. In gardens you only see the perennial Lupinus polyphyllus. Once it grows well, it isn't a very difficult plant in cultivation.
Lupins won't grow everywhere. The plants live in symbiosis with nitrogen-binding bacteria forming tubers in the lupins' roots. If the soil lacks nitrogen, the plants won't thrive and die, just like those in my garden. After a lot of trouble I had a flower in one years ago, but a visiting dog trampled it to pieces...
The plants grow in the wild too sometimes, in more or less open spaces in deciduous woods. Those as a rule are in the original blue, which seedlings also often fall back to. In Norway I saw more wild-growing lupins than elsewhere; there was a field of pink, white and blue lupins near Geilo, a town rather north. No idea if they're still there; I came there on holidays in 1981.
Floral meaning: the Dutch word 'Gulzigheid' means 'Gluttony'.
Gedichten over Lupine / Poems containing Lupin :
Marsch - Martinus Nijhoff (scroll een eind naar beneden!)
Made in Lapland - Jules Deelder (1994)
Nine-Panel Yaak River Screen - Charles Wright
Carmel Point - Robinson Jeffers (1887-1962)