Botanische woordenlijst NL-EN / List of botanical words NL-EN
idem EN-NL
aar spike
aartje spikelet
afschuwelijk (onkruid) obnoxious (weed)
afsterven die off, die down, die back
akelig (bijv. stekels) obnoxious (e.g. spines)
behaard pilose/pilous, hirsute
bes berry
bijkroon (narcis: trompet) corona
blaadje (van samengesteld blad) foliole, leaflet
blad leaf, blade (of grass)
bladeren leaves, foliage
bladader leaf-vein
bladeren krijgen, in 't blad schieten come/burst into leaf, put forth leaves
bladgroen chlorophyll
bladmoes mesophyll
bladoksel leaf-axil
bolletje in - bulbil
bladpaar pair of leaves
eerste - cotyledons, seed leaves
tweede - true leaves
bladplant foliage-plant
bladrand leaf margin
bladrank leaf-tendril
bladrijk leafy
bladschede leaf-sheath
bladschijf leaf-blade, lamina
bladstand phyllotaxis, arrangement of leaves
bladsteel leaf-stalk, petiole
bladsteel van samengesteld blad rachis
bladsteel van varen of palmblad stipe
bladverliezend (in herfst) deciduous
bladvormige stengel (Epiphyllum e.a.) cladode, cladophyll, phylloclade
bladziekte leaf-disease
bloei flowering, bloom
in volle - in full flower, bloom
bloeien flower, bloom (to -)
bloeistengel (bij bloeiwijze) peduncle; spur (Hoya)
bloeiwijze inflorescence
bloem flower
bloembodem receptacle
bloembol flower bulb
bloembuis flower tube
bloemdek perianth
bloemdekdelen (inz. gelijkvormige) tepals
bloemdelen floral parts
bloemkroon corolla
bloempje (uit composiet of gras) floret
bloemscherm umbel
bloemsteel pedicel (bearing 1 flower)
bloemstengel flower stalk, pedicel (1 flower)
bloemstengel (uit bol) scape
bol (bloem-) bulb (flower -)
bolletje in bladoksel (speenkruid) bulbil (pilewort)
- in bloeiwijze (kraailook) (crow garlic)
bolrok bulb scale
bolschijf basal plate (of a bulb)
bolster husk, shell; (chestnut) bur(r)
botanische soort (botanical) species
bovenstandig (vruchtbeginsel) superior (ovary)
buikig (bijv. bloembuis) ventricose (e.g. flower tube)
buis (bloem-) (flower) tube
buisbloempje (composiet) disc-floret
buisvormig (bloemkroon etc.) tubular (e.g. corolla)
cultivar cultivar
doosvrucht capsule
dop husk, shell
dopvrucht (boterbloem) achene (buttercup)
driebladig (klaverblad) trifoliate (clover leaf)
driehoekig triangular
omgekeerd - cuneate
driehokkig trilocular
dubbelgeveerd bipinnate
eenhokkig (vruchtbeginsel) unilocular (ovary)
eenhuizig monoecious
eenslachtig diclinous (stamens & pistils in separate flowers)
éénzaadlobbig monocotyledonous
éénzaadlobbige monocotyledon
eindstandig (bloem of bloeiwijze) terminal (flower, e.g. Bryophyllum)
eitje (in vruchtbeginsel) ovule
eivormig, ovaal (blad) ovate (leaf)
enkelvoudig (blad) simple (leaf)
fijnbehaard puberulous
gaafrandig entire
gebaard (met borstelig aanhangsel) awned, awny
gegolfd (rand) wavy (edge)
gelobd lobed
gematigd (klimaat, zone) temperate (climate, zone)
geslacht (bijv. Fuchsia, Hoya) genus (e.g. Fuchsia, Hoya)
getand toothed
geurig fragrant
geveerd -samengesteld pinnate -ly compound
gevlamd (bijv. tulp) flamed (e.g. tulip)
gewimperd ciliate
gezaagd serrated
glad, onbehaard (bijv. blad) glabrous (e.g. leaf)
groenblijvend(e plant) evergreen
haag hedge(row)
haarkroon, haarkuif haircrown (e.g. dandelion)
halm (gras) culm
handvormig -samengesteld palmate -ly compound
hartvormig cordate, heart-shaped
hauw siliqua, silique
hauwtje silicle
hechtrank tendril
heg hedge(row)
helmdraad filament
helmknop anther
hermafrodiet hermaphrodite
hokje (in vruchtbeginsel) locule
-hokkig -locular
hoofdje (composieten) capitulum (Compositae)
hoofdnerf nervure
houtig woody
ingesneden (blad) incised, indented (leaf)
inheems (in Nederland, op Texel) indigenous (to ..)
kafnaald awn
kamerplant houseplant
katje catkin; bur(r)
kelk calyx
kelkbladen sepals
kiem germ
kiembladen seed leaves, cotyledons
kiemplant seedling
klier gland
klis/klit bur/burr
klis (plant), klittenkruid burdock
knol tuber
knoop node
knop bud
kokervrucht (akelei, monnikskap) follicle (monkshood)
krans (3 of meer bladeren per knoop) whorl (3 or more leaves per node)
kransstandig, in kransen whorled
kroon corolla
kroonbladen petals
kroonbladen, zonder apetalous
kroosblaadje duckweed frond
kruidachtig herbaceous
kruiswijs (bladstand) decussate (foliage)
kuif; gekuifd tuft; tufted
lancetvormig (blad) lanceolate (leaf)
lijnvormig (blad) linear (leaf)
lintbloempje (composiet) ray-floret
lob lobe
-lobbig -lobed
manlijk deel van bloem androecium
meeldraad stamen
merg (in stengel of tak) pith (in stem or branch)
mierenbroodje elaiosome
mierenbroodje (wratachtig) caruncle (e.g. Ricinus and Euphorbiaceae)
- met bovengenoemd mierenbroodje carunculate (seeds)
naalden needles
nervatuur nervation, venation, veining
noot nut
nootje (bijv. lipbloemigen) nutlet (e.g. Labiatae)
okselstandig axillary
omwindsel involucre
onderkant; (aan de -) base; basal
ondersoort (bijv.: ssp. mixensis) subspecies (e.g.: ssp. mixensis)
onderstandig (vruchtbeginsel) inferior (ovary)
ontkiemen germinate
onvruchtbaar sterile
openspringend (vrucht) dehiscent (fruit)
ovaal, eivormig (blad) ovate (leaf)
palmblaadje lamina
palmblad, varenblad frond (palm -, fern -)
palmbladsteel stipe
peul legume
pijlvormig (blad) sagittate (leaf)
pluim (bijv. Alisma=waterweegbree) panicle (e.g. Alisma)
pluis fluff
rand margin
rank tendril
regelmatig (meerzijdig symmetrisch) actinomorphic
rozet rosette
samengesteld compound
schadelijk noxious
scheut shoot
schicht scorpioid cyme
schijfbloempje (composiet) disc-floret
schil husk, shell, rind (potato)
schutblad bract
snoeien prune
snoeien (zn.) (vorm-, bijv. Buxus) topiary
soort (bijv. arborescens, carnosa) species (e.g. arborescens, carnosa)
spoor spur
stamper pistil
stamperhokje carpel
- met afzonderlijke st.hokjes apocarpous
- met vergroeide st.hokjes syncarpous
stampersteel stipe
steel v. bloemtros (Digitalis? Toorts?) rachis
steeltje (v. blaadje samengest. blad) petiolule
steenvrucht (kers) drupe (cherry)
steenvruchtje v. verzamelvrucht (braam) drupelet (blackberry)
stekel spine
stekelig spiny
stempel stigma
stengel stem
stengelknol corm
stengellid internode
stengelomvattend (blad) clasping (leaf)
steunblaadje (als onderaan rozenblad) stipule
" van blaadje van samengest. blad stipel
stijl style
straalbloempje (composiet) ray-floret
stratificatie (het zaden kunstmatig stratification (preparation of seeds to germinate)
kiemrijp maken)
stratificeren (zaden kunstmatig stratify (prepare seeds to germinate)
kiemrijp maken)
stuifmeel pollen
symmetrisch symmetrical
tandig (bijv. 5-tandig) dentate (e.g. 5-dentate)
teen (knoflook e.d.) clove
tegenoverstaand (bladstand) opposite
teruggebogen, teruggeslagen reflexed (e.g. teeth)
terugsnoeien cut back
top, hoogste punt apex (pl. apices)
top-, van het hoogste punt apical
trechtervormig funnel-shaped
tros raceme
tweehokkig (vruchtbeginsel) bilocular (ovary)
tweehuizig dioecious
tweeslachtig androgynous, monoclinous, hermaphrodite
tweezaadlobbig dicotyledonous
tweezaadlobbige dicotyledon
tweezijdig symmetrisch (bloem) zygomorphic
uitstekend, vooruitstekend protruding
uitbloeisels verwijderen dead heading
uitlopen sprout, shoot, come out
uitloper runner, stolon, offshoot, offset
varenblaadje lamina
varenblad, palmblad frond (fern -, palm -)
varenbladsteel stipe
veelhokkig (vruchtbeginsel) plurilocular (ovary)
vergroeid fused together
vergroeide kroonbladen, met sympetalous
vergroeiing (bv. meeldraden in kroon) adnation (=fusion of unlike floral parts)
vergroeiing van gelijke bloemdelen connation (=fusion of like floral parts)
verspreid (bladstand) alternate
vertakking (het vertakken) ramification
vierdelig quaternate
vierhokkig (vruchtbeginsel) tetralocular (ovary)
viertallig quaternary
vijfdelig quinate
vijftallig quinary
vlag (van vlinderbloemige) banner
vormsnoeien (zn.) (bijv. Buxus) topiary
vrucht fruit
vruchtbeginsel ovary
waardplant hostplant
waarschuwingskleuren (insect) aposematic coloration
waterverzadigd (grond) waterlogged
weelderig (bijv. bloei) profuse
winden - rond een steunpunt twine - around a support
wigvormig cuneate, wedge-shaped
wolluis mealy bug
wortelscheut radical shoot, sucker
wortelstandig (van blad) radical (leaf)
wortelstok rhizome
zaadlijst (bijv. in paprika) placenta (e.g. in pepper)
zaadlob cotyledon, seed leaf
zaadpluis(je) (bijv. paardebloem) haircrown (e.g. dandelion)
zaailing seedling
zittend sessile
zuiltje (combi stamper & meeldraden) gynostemium (column in orchids)
Vragen of opmerkingen? for comments & questions
N.B. : E-mailadres niet aanklikbaar wegens spam / E-mail address not clickable because of spam
=============================================================================
List of botanical words EN-NL / Botanische woordenlijst EN-NL
idem NL-EN
achene (buttercup) dopvrucht (boterbloem)
actinomorphic regelmatig (meerzijdig symmetrisch)
adnate vergroeid (verschillende bloemdelen)
adnation (=fusion of unlike parts) vergroeiing verschillende bloemdelen
(bv. meeldraden in kroon)
alternate verspreid (bladstand)
androecium meeldraden als geheel, manlijk deel van bloem
androgynous tweeslachtig
anther helmknop
apetalous zonder kroonbladen
apex (pl. apices) top, hoogste punt
apical van de top, van het hoogste punt
apocarpous (gynoecium) met afzonderlijke stamperhokjes
aposematic coloration waarschuwingskleuren (insect)
arrangement of leaves bladstand
awn baard, kafnaald
awned, awny gebaard, met kafnaalden
axillary okselstandig
banner vlag (vlinderbloemige)
basal onderaan, aan de basis
basal plate (of a bulb) bolschijf
base basis, onderkant
berry bes
bilocular (ovary) tweehokkig (vruchtbeginsel)
bipinnate dubbelgeveerd
blade (of grass) blad (van gras e.d.)
bloom bloei
in full - in volle -
bloom (to -) bloeien
botanical species botanische variëteit
bract schutblad
bud knop
bulb bol
bulb scale bolrok
bulbil (pilewort; crow garlic) bolletje (in bladoksel: speenkruid; in bloeiwijze: kraailook)
bur/burr klis/klit; (kastanje)bolster, katje
burdock klis (plant), klittenkruid
calyx kelk
capitulum (Compositae) hoofdje (composieten)
capsule doosvrucht
carpel stamperhokje(?)
caruncle wratachtig mierenbroodje bij o.a. Ricinus en Euphorbiaceae)
carunculate (seeds) met bovengenoemd mierenbroodje
chlorophyll bladgroen
ciliate gewimperd
cladode (Epiphyllum, Opuntia, Ruscus) bladvormige stengel (bijv. Epiphyllum)
cladophyll id. (zie hierboven)
clasping (leaf) stengelomvattend (blad)
clove teen (knoflook e.d.)
compound samengesteld
connate vergroeid (bijv. kroonbladen)
connation (=fusion of like parts) vergroeiing gelijke bloemdelen (bijv. kroonbladen)
cordate hartvormig (bijv. blad)
corm stengelknol
corolla (bloem)kroon
corona bijkroon (narcis: trompet)
cotyledon(s) zaadlob(ben), kiemblad(en)
culm halm (gras)
cuneate wigvormig, omgekeerd driehoekig
cut back terugsnoeien
cyme vertakte bloeiwijze waarin de middelste of bovenste
bloem eerst bloeit, de onderste of buitenste laatst.
dead heading uitgebloeide bloemen verwijderen
deciduous bladverliezend (in herfst)
decussate (foliage) kruiswijs (bladstand)
dehiscent (fruit) openspringend (vrucht)
dentate (e.g. 5-dentate) tandig (bijv. 5-tandig)
diclinous eenslachtig (bloem)
die back, die down, die off afsterven
dioecious tweehuizig
disc-floret buisbloempje, schijfbloempje (composiet)
drupe (cherry) steenvrucht (kers)
drupelet (blackberry) steenvruchtje uit verzamelvrucht (braam)
elaiosome mierenbroodje
entire gaafrandig
epigynous flower (e.g. Fuchsia) bloem met onderstandig vruchtbeginsel
evergreen groenblijvend(e plant)
filament helmdraad
flamed (e.g. tulip) gevlamd (bijv. tulp)
floral parts bloemdelen
floret (Compositae, Gramineae) bloempje (uit composiet of gras)
ray-floret lint- of straalbloempje
disc-floret buis- of schijfbloempje
flower bloem; bloei
in full flower in volle bloei
flower (to -) bloeien
flower bulb bloembol
flower tube bloembuis
flowering bloei
fluff pluis
foliage bladeren, gebladerte
foliage-plant bladplant
foliole blaadje (van samengesteld blad)
follicle (monkshood) kokervrucht (akelei, monnikskap)
fragrant geurig
frond (fern - palm - duckweed frond) varenblad (ook: palmblad, kroosblaadje)
fruit vrucht
fused together vergroeid
funnel-shaped trechtervormig
genus (e.g. Fuchsia, Hoya) geslacht (bijv. Fuchsia, Hoya)
germ kiem
germinate ontkiemen
glabrous (e.g. leaf) glad, onbehaard (bijv. blad)
gland klier
gynoecium stamperhokje(s)
gynostemium (column in orchids) zuiltje (samensmelting stamper & meeldraden)
haircrown (seed, e.g. dandelion) haarkroon, haarkuif, zaadpluis
hedge(row) haag, heg, rij struiken als afscheiding
herbaceous kruidachtig
hermaphrodite hermafrodiet, tweeslachtig
hirsute behaard
hostplant waardplant
houseplant kamerplant
husk dop, bolster, schil, kaf(je)
hypogynous flower (e.g. Ranunculus) bloem met bovenstandig vruchtbeginsel
incised (leaf) ingesneden (blad)
indented (leaf) ingesneden (blad)
indigenous (to ..) inheems (in Nederland, op Texel)
inferior (ovary) onderstandig (vruchtbeginsel)
inflorescence bloeiwijze
internode stengellid
involucre omwindsel
lamina bladschijf; blaadje van palm of varen
lanceolate (leaf) lancetvormig (blad)
leaf-axil bladoksel
leaf-blade bladschijf
leaf-disease bladziekte
leaf margin bladrand
leaf-sheath bladschede
leaf-tendril bladrank
leaflet blaadje (van samengesteld blad)
leafy bladrijk
legume peul
linear (leaf) lijnvormig (blad)
lobe lob
lobed, -lobed gelobd, -lobbig
margin rand
mealy bug wolluis
mesophyll bladmoes
monoclinous tweeslachtig (bloem)
monocotyledon éénzaadlobbige
monocotyledonous éénzaadlobbig
monoecious eenhuizig
needles naalden
nervation nervatuur
nervure hoofdnerf
node knoop
noxious (insect, weed) schadelijk (insect, onkruid)
nut noot
nutlet (e.g. Labiatae) nootje (bijv. lipbloemigen)
obnoxious (weed) akelig, oervervelend, afschuwelijk (onkruid)
offset uitloper, spruit
offshoot uitloper, zijtak
opposite tegenoverstaand (bladstand)
ovary vruchtbeginsel
ovate (blad) ovaal, eivormig (blad)
ovule eitje (in vruchtbeginsel)
palmate -ly compound handvormig -samengesteld
panicle pluim
pedicel (bearing 1 flower) bloemstengel, bloemsteel
peduncle bloeistengel (bij bloeiwijze, bijv. Hoya, en Digitalis)
perianth bloemdek
perigynous flower (Rosaceae) bloem met halfonderstandig vruchtbeginsel
petals kroonbladen
petiole bladstengel
petiolule steeltje van blaadje uit samengest. blad
phylloclade (Epiphyllum, Ruscus) bladvormige stengel (bijv. Epiphyllum)
phyllotaxis bladstand
pilose/pilous behaard
pinnate -ly compound geveerd -samengesteld
pistil stamper
pith (in stem or branch) merg (in stengel of tak)
placenta (e.g. in pepper) zaadlijst (bijv. in paprika)
plurilocular (ovary) veelhokkig (vruchtbeginsel)
pollen stuifmeel
profuse rijk, weelderig (bijv. bloei)
protruding uitstekend, vooruitstekend
prune snoeien
puberulous fijnbehaard
quaternary viertallig
quaternate vierdelig
quinary vijftallig
quinate vijfdelig
radical (e.g. shoots, leaves) wortel- (scheuten), wortelstandig (blad)
raceme tros
rachis 1. bladsteel van samengesteld blad
2. steel van bloemtros (Digitalis? Toorts?)
ramification vertakking (het vertakken)
ray-floret (Compositae) lint- of straalbloempje (composiet)
receptacle bloembodem
reflexed (e.g. teeth) teruggebogen, teruggeslagen
rhizome wortelstok
rosette rozet
runner uitloper
sagittate (leaf) pijlvormig (blad)
scale (bulb -) rok (van bol)
scape bloemstengel (uit bol)
scorpioid cyme schicht
seed leaves zaadlobben, kiembladen
seedling zaailing, kiemplant
sepals kelkbladen
serrated gezaagd
sessile zittend
shell schil, dop, bolster
shoot scheut
silicle hauwtje
siliqua, silique hauw
simple (leaf) enkelvoudig (blad)
species (e.g. arborescens, carnosa) soort (bijv. arborescens, carnosa)
spike aar
spikelet aartje
spine stekel
spiny stekelig
sprout spruit, uitloper; spruiten (ww)
spur 1) spoor; 2)bloeisteeltje (bijv. Hoya)
stalk steel, stengel
stamen meeldraad
staminal meeldraad..., van de meeldraden
staminate met meeldraden
staminiferous mannelijk
stem stengel
sterile onvruchtbaar, steriel
stigma stempel
stipe stampersteel; bladsteel van varen of palmblad
stipel steunblaadje van blaadje van samengest. blad
stipule steunblaadje (als onderaan rozenblad)
stolon (e.g. potato, Aaron's beard) uitloper die zelfstandige nieuwe plant vormt
(bijv. bij aardappel of moederplantje)
stratification (preparation of seeds stratificatie (het zaden kunstmatig kiemrijp maken)
to germinate)
stratify (prepare seeds to germinate) stratificeren (zaden kunstmatig kiemrijp maken)
style stijl
sucker wortelscheut
subspecies (e.g.: ssp. mixensis) ondersoort (bijv.: ssp. mixensis)
superior (ovary) bovenstandig (vruchtbeginsel)
support steun (bijv. tonkinstokje)
symmetrical symmetrisch
sympetalous met vergroeide kroonbladen
syncarpous met vergroeide stamperhokjes
temperate (climate, zone) gematigd (klimaat, zone)
tendril rank
tepal(s) deel/delen van bloemdek, inz. gelijkvormige
terminal (flower, e.g. Bryophyllum) eindstandig (bloem of bloeiwijze)
tetralocular (ovary) vierhokkig (vruchtbeginsel)
toothed getand
topiary vormsnoeien (bijv. buxus)
triangular driehoekig
trifoliate (clover leaf) driebladig (klaverblad)
trilocular driehokkig
true leaves (first pair of..) eerste bladeren na de zaadlobben
tube (bloem)buis
tuber knol
tubular (e.g. corolla) buisvormig (bloemkroon etc.)
tuft kuif, bosje
tufted gekuifd, in bosjes groeiend
twine winden
umbel bloemscherm
unilocular (ovary) eenhokkig (vruchtbeginsel)
veining nervatuur, adering
venation nervatuur
ventricose (e.g. flower tube) buikig (bijv. bloembuis)
waterlogged (ground, conditions) onder water gelopen, verdronken -
(grond waarvan de luchtholten vol water
zijn gelopen zodat wortels stikken)
wavy (-edged) gegolfd (met gegolfde rand)
weasel into the soil (runners) zich in de grond dringen (uitlopers)
whorl (3 or more leaves per node) krans (3 of meer bladeren per knoop)
whorled kransstandig, in kransen
woody houtig
zygomorphic tweezijdig symmetrisch
Vragen of opmerkingen? for comments & questions
N.B. : E-mailadres niet aanklikbaar wegens spam / E-mail address not clickable because of spam